MALLE MENS
Zie de malligheid van de mens. Hoe hij van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat wikt en weegt, nadenkt, zich zorgen maakt, roept en commandeert en zich ergert over van alles en nog wat, terwijl niemand naar hem lijkt te luisteren.
Maar de mens gaat blindelings door. Wat wil hij eigenlijk?
De mens wil uiteindelijk macht en zelfbeschikkingsrecht. De mens kan het niet vatten dat de bloemen en de zeeën, het gras en het heelal, de schapen en de heuvels niet van hem zijn. Hij wil alles HEBBEN. Daarom moet de mens nog dieper lijden totdat hij op de knieën gaat, genoeg krijgt van zijn vechten en begerigheid. Hij raakt verstrikt en komt er niet meer uit. Dat is het moment van heil. We worden gered!
Ineens stokt de adem en verstilt alles, nadat we de nutteloosheid van ons afpeigeren ingezien hebben. We zijn verzadigd van de luchtspiegelingen waar we als de wind achteraan hebben gerend. Het hoeft niet meer. Ons hoofd daalt neer in ons hart. We voelen dat we ‘dakloos’ worden en de innerlijke pijn lost op.
Ineens realiseren we ons dat we nog nooit met onszelf geleefd hebben maar slechts het verlengstuk van de wereld en haar uiterlijke wetten waren. Hoe eenvoudig wordt nu ons bestaan.
Alles komt tot rust, en een verlangen naar één-zijn stijgt op uit ons dakloze hoofd. We laten de wetten toe van grenzeloze ruimtes waarin ‘God beschikt’
———————————————————————————————————————————-
TOELICHTING VAN DE KEUZE VAN JANINE OP HAAR FOTO
Tussen de plechtige grafzerken op het kerkhof staat parmantig op stok een ronde teil met kunstbladeren.
Open en bloot verdwijnt de zotheid
———————————————————————————————————————————–