WANDELENDE TAK
Op deze zonnige januarimiddag loop ik in mijn eentje over de hei tussen de heuvels door. Het Engelse landschap is van een uitnemende schoonheid, zeker nu in het prille zonlicht. Meestal kom ik hier wel wat ruiters, een jogger of een paar hondenwandelaars tegen maar vandaag er is in de wijde omtrek geen mens te bekennen. Mijn stille voetstappen…dat is alles.
Even sta ik stil. Ik vraag me af waarom het zo stil is nu ik ook stilsta. De wereld maakt geen geluid, lijkt stilgezet, en ik betwijfel of ik er zelf nog wel ben.
En op het moment dat ik me afvraag of ik er wel ben, ontdek ik dat er gewoon niemand in mij zit, woont, leeft of loopt. Ik had net zo goed een wandelende tak kunnen zijn. Niks bijzonders. Niks speciaals. Gebakken lucht waarin niets beklijft, waar het licht simpel doorheen schijnt en het water moeiteloos doorheen sijpelt. Hoe kan een mens in zijn diepste aard voelen en weten dat hij een wijde leegte is. Nu en ter plekke. Blijdschap trekt door mij heen.
Even later loop ik licht de heuvel weer af terug naar huis.
Hoe bijzonder om gewoon niks bijzonders te zijn.